Wedstrijdregels

Zoals tevens vermeld bij Wedstrijd informatie is de tijd van een rijder van ondergeschikt belang maar gaat het in de eerste plaats om de rit-klassering. Vier tot zes rijders starten tegelijk en de rijder die als eerste finisht wordt als winnaar aangewezen. De afstanden die verreden kunnen worden zijn de 222 (2 ronden), 333 (3 ronden), de 500 (4 ½ ronde), 1000 (9 ronden) en 1500 meter (13 ½ ronde). De afstanden zijn afhankelijk van leeftijd en toernooi. 

Met vier of meer rijders in de baan kunnen incidenten de uitslag flink beïnvloeden. Hier zijn internationaal geldende regels opgesteld door de Internationale Schaatsunie (ISU). Inhalen is toegestaan, binnendoor én buitenom. De verantwoordelijkheid voor botsingen ligt, mits de andere schaatser zich aan de reglementen houdt, bij de rijder die inhaalt. Schaatsers die een ronde achter komen te liggen mogen hun race vervolgen aan de buitenkant van de baan, zonder de rest van de rijders in de weg te rijden.  

Tijdens wedstrijden wordt door een aantal hoofdscheidsrechters in het midden van de baan gelet op een correct verloop van een race. Wat niet mag is het volgende: 

  • Het opzettelijk blokkeren of hinderen. 
  • Afwijken van richting vlak voor een andere rijder  
  • Binnen de zwarte blokken rijden 
  • Bij de finish een schaats in de lucht gooien om sneller te willen zijn. 

Bovenstaande overtredingen worden bestraft met een ’penalty’. Ook een eerste of tweede false start kan tot een penalty leiden.  

Verder belangrijk om de verplichte beschermende kleding als helm, bril of nekbeschermer op te houden en aan te houden (behalve dat het gevaarlijk kan zijn, zal het waarschijnlijk ook een penalty opleveren).  

Voor uitgebreide regels zie de site van de KNSB hier

Of op de internationale site van de ISU hier